De Nachtegaal neergestort op Schiphol

KLM Douglas DC-2 PH-AKN tijdens lesvlucht verongelukt op Schiphol op 6 juni 1939

Toedracht Het vliegtuig Inzittenden Post

 

Het ongeluk met de Nachtegaal

Tijdens een lesvlucht wordt een motor afgezet en stort de Nachtegaal in de buurt van Schiphol neer. Het toestel komt neer op een militaire wachtpost. Hoewel de inzittenden ongedeerd blijven, vallen er onder de militairen een dode en vijf gewonden.

 

6 juni 1939. Ochtend.
De PH-AKN Nachtegaal start van Schiphol voor een lesvlucht. Instructeur is A.D. Snitslaar. Hij zal deze vlucht aan Bielfeldt leren hoe deze de DC-2 met slechts 1 motor kan besturen. Volgens het voorgeschreven lesschema moeten eerst een aantal eenvoudige oefeningen worden gedaan, alvorens de leerling wordt geconfronteerd met het vliegen op "n-1" motor. Bielfeldt kent dit programma en wordt dus overvallen als kort na de start, als het toestel op een hoogte van 150 meter is, Snitslaar plotseling de rechtermotor uitzet en opdracht geeft met de ene draaiende motor te landen. Daarop gaat Bielfeldt over tot de vereiste landingsmanoeuvres en geeft op zeker moment het commando "wielen uit, kleppen uit". Vervolgens zet hij de nog werkende linkermotor uit. Bij het naderen van het landingsterrein (de snelheid is dan 140 km/u en de hoogte ca. 60 meter) merkt hij dat hij te hoog zit voor een landing en Bielfeldt meldt dit aan Snitslaar. Deze had deze conclusie reeds getrokken en draagt Bielfeldt op om door te vliegen. Deze geeft de linkermotor weer vol gas en geeft de bwk order het ondergestel weer in te pompen. Zo lang het landingsgestel echter nog niet geheel is ingetrokken, en de flaps nog uitstaan is het vliegtuig moeilijk te besturen en men verliest snel hoogte. Snitslaar zet daarom de rechtermotor weer aan. Deze motor wil echter niet goed op toeren komen waarop Snitslaar zelf de besturing overneemt en zich genoodzaakt ziet een noodlanding te maken.

Hij wil dat doen op het bouwland tussen de Schipholweg en de Ringdijk, ten N.O. van, en grenzend aan het luchthaventerrein. Het is 09.25 u. als bij deze landingspoging de rechtervleugel in aanraking komt met het toegangshek van dit bouwland. Van de rechtervleugel wordt 2 meter afgerukt en de Nachtegaal draait 90 graden om haar topas. Hierop raakt de linkervleugel een militair wachtlokaal en "scalpeert" dit gebouwtje. De Nachtegaal raakt de grond waarop dit lokaal staat en staat vrijwel onmiddellijk stil met de langsas loodrecht op de Schipholweg en de neus gedeeltelijk in het wegtalud geboord. Het wegdek verheft zich daar boven het maaiveld voor de oprit naar de brug over de Ringvaart. Toen het wachthuisje werd geraakt bevonden zich (het is mobilisatietijd) daarin 9 militairen van het Corps Luchtdoelartillerie 19e peleton, en één van hen overlijdt dezelfde dag aan zijn verwondingen. Vijf anderen raken gewond. Drie militairen wisten zich tijdig uit de voeten te maken en komen er ongedeerd af, evenals de bemanning. Het toestel raakt gelukkig niet in brand maar is ernstig beschadigd aan neus en vleugeltips. Niettemin kan het toestel later worden gerepareerd.

De Raad voor de Luchtvaart concludeert in haar onderzoeksrapport dat ten onrechte van het lesschema is afgeweken. Het ongeval is weliswaar niet direct aan deze omstandigheid te wijten, maar zij dringt er wel met klem op aan om in het vervolg de voorschriften nauwlettend te volgen.

Naar begin


Het vliegtuig

De Douglas DC-2 PH-AKN werd in 1935 met fabrieksnummer 1360 als 89e DC-2 gebouwd door Douglas in Santa Monica (Cal. USA) en op 24 april van dat jaar overgedragen aan de KLM. Per ss. "Deutschland' werd het gedeeltelijk gedemonteerde vliegtuig naar Cherbourg verscheept en arriveerde (na hermontage) op 20 mei 1935 op Schiphol. De inschrijving in het Nederlandse Luchvaartregister vond plaats op 4 mei 1935, waarna de Nachtegaal werd ingezet op de route naar Nederlands Indië. Zij zou deze dienstregeling ca. 30 maal (!) vliegen. De eerste van deze reizen naar Batavia startte op 12 juni 1935 (vlucht 240) onder gezagvoerder Frijns.

Het vliegtuig werd in 1938 verbouwd tot vrachtvliegtuig en sindsdien als zodanig ingezet op routes in Europa. Deze vrachtvluchten vonden 's nachts plaats. Overdag kon de Nachtegaal dus worden gebruikt als lesvliegtuig. Ten tijde van het ongeluk had de Nachtegaal in totaal 6215 uren gevlogen. Na het ongeluk op Schiphol kon het worden gerepareerd en werd het in december 1939 weer operationeel. Bij de Duitse inval op 10 mei 1940 werd de PH-AKN tenslotte op Schiphol totaal vernield.

De KLM heeft in totaal 18 toestellen van het type Douglas DC-2 in dienst gehad, waarvan de Nachtegaal als 9e werd geregistreerd. Alle DC-2's hadden namen van vogels. De 3e registratieletter correspondeerde met de 1e letter van de vogelnaam.
De Nachtegaal bezat 2 Wright Cyclone CGR 1820-F2 zuigermotoren van elk 750 pk. Het toestel had een kruissnelheid van 290 km/u, een maximum startgewicht van 8,4 ton bij een vliegbereik van 1750 km.
Dit geheel metalen vliegtuigtype werd door de KLM aangeschaft als vervanger voor de Fokkers, aanvankelijk vooral op de vluchten naar Indië en later ook op de Europese lijnen.

Naar begin


Bemanning en passagiers

De bemanning van het vliegtuig bestond uit instructeur A.D. ("Buin") Snitslaar, leerling-vlieger J.P.J. Bielfeldt, boordwerktuigkundige J.W. Vliegenthart en telegrafist J.C. Ras. De bemanning overleefde het ongeluk.

Het dodelijke slachtoffer was milicien P.B. Leussink jr. van het 19e peleton der 2e compagnie luchtdoelartillerie. De militair werd op 10 juni 1939 begraven in Lochem. Bij de teraarde bestelling was o.a. KLM gezagvoerder Snitslaar die (als instructeur) het noodlottige toestel bestuurde, zelf aanwezig.

 

Persoonsinformatie

Abraham Daniël ("Buin") Snitslaar werd geboren in Amsterdam op 2 februari 1912 en kwam in dienst van de KLM op 1 mei 1935. Snitslaar vloog gedurende zijn carrière bij de KLM (die werd beëindigd op 11 mei 1965) op vele typen vliegtuigen, vanaf de Fokker F.VII tot en met de Douglas DC-8. Snitslaar overleed op 8 april 2001.

van Johan Pieter Jurgen Bielfeldt was sinds 1 oktober 1938 in dienst van de KLM als volontair-vliegtuigbestuurder. Van hem is verder slechts bekend dat hij tijdens de oorlog, op 30 augustus 1941 in dienst van de Marine Luchtvaartdienst vermist is geraakt.

 


Vervoerde post

Omdat dit een lesvlucht betrof, was er geen post aan boord van het vliegtuig.

 

Naar begin

Naar Hoofdpagina